Grenzen verleggen in het wielrennen

0 Shares

Vorig jaar heb ik meegedaan aan de cyclosportive Velomediane Claudy Criquielion in het Belgische La Roche en Ardennen, maar dan de korte versie, die de Petite Crique wordt genoemd. Op dat moment durfde ik de lange nog niet aan. Wielrennen in de Ardennen had ik nog nooit gedaan en ik kon me geen beeld vormen van wat me te wachten stond. De afstand leek me niet zozeer het probleem (170 km), maar de 3500 hoogtemeters waar dat mee gepaard ging wel.

Bovendien zat er een angstaanjagend klinkende klim in met de duistere naam Mur de Velomediane (officieel de Pied Monti dan wel Mur de Maboge). Als een helling een muur wordt genoemd (en zoveel benamingen nodig heeft), kun je er gif op innemen dat die niet voor de poes is. Ik had toen een cassette 11-28 achter en kon de Keutenberg alleen zwaar hijgend op stoempen, dus leek het me verstandig om voor de korte tocht te kiezen. Die bleek prima te doen en de omgeving was een waar fietseldorado. Dus toen ging ik me afvragen wat er nog meer in het vat zou zitten.

Drie wijze lessen

Wat helpt als je onzeker bent over je wielrenvaardigheden? Allereerst: weten wat je te wachten staat scheelt een slok op een borrel. Ten tweede (logischerwijze): een goede fietsconditie helpt enorm. Nog iets wat voor mij persoonlijk belangrijk bleek: mijn energie goed doseren. Hoe rustiger je aan een klim begint, hoe meer adem en kracht je over hebt in de laatste fase. Al je kruit te snel verschieten is nooit een goed idee.

Obstakels overwinnen

Het eerste, en steilste, deel van de Mur de Maboge.

Toen ik eerder dit jaar in de Ardennen was, kon ik het niet nalaten om op de allerlaatste dag nog even de Mur de Maboge te bestijgen. Dat was tenslotte – mentaal gezien – mijn grootste struikelblok. Het mooie is: elke nog langere en steilere helling doet de vorige verbleken. Dus heeft het voordelen om telkens (desnoods kort) een grens over te gaan om een stapje te kunnen zetten in je ontwikkeling als heuvelbestijgende wielrenner. Ook helpt het om je materiaal op orde te hebben. Inmiddels heb ik een grootste tandwiel van maar liefst dertig tandjes in plaats van achtentwintig. Geloof me: dat is een geruststellend gevoel.

Het eerste deel van de Mur in kwestie bleek een gemeen kreng, waardoor de moed me in de schoenen zonk voor het vervolg. Geheel tegen mijn principes in stapte ik, zodra de helling afvlakte, af om uit te hijgen.

Het tweede deel van de Mur de Maboge.

Met de moed der wanhoop zag ik dat de weg al snel daarna weer omhoog kronkelde, dus ik vroeg me vertwijfeld af waar ik in hemelsnaam aan begonnen was. Eenmaal weer opgestapt bleek het vervolg echter reuze mee te vallen. Godzijdank zien hellingen er soms angstaanjagender uit dan ze zijn! Het venijn zat ‘m deze keer niet in de staart, maar in de, eh… neus?

Klimmen doe je tussen je oren

Klimmen blijkt voor een groot deel een mentale kwestie te zijn. De een houdt meer van een potje bikkelen dan de ander en kan dus dieper gaan en meer doorzetten als het zwaar wordt. De ander laat zich misschien iets eerder uit het veld slaan bij de aanblik van of gedachte aan een fikse klim. Maar voor iedereen geldt: eenmaal volgt de beloning! Het heerlijke gevoel dit maar mooi gefikst te hebben is onbetaalbaar!

0 Shares

1 reactie op “Grenzen verleggen in het wielrennen”

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *